De muziek van de wereld
klinkt door mijn ogen
als ik door deze wereld loop.
Ze is triest en zonder mededogen
maar mooi en teer,
en steeds weer ontroert ze mij.

De muziek van de wereld
loopt met mij mee door mijn aders
als ik door deze wereld loop.
Maar zo ongrijpbaar.
Ik voel haar aanwezigheid voortdurend
en zal ze nooit begrijpen.

De muziek van de wereld
stuurt mij naar een mij onbekend doel
en stuurloos zal ik haar vertrouwen
en haar schoonheid
zal haar hardheid verzachten.

En mijn hart geperst en gebald
zal ik verstikt hopen dat ze zacht voor me is
en me streelt wanneer ik zal barsten.

Want eigenlijk,
hou ik veel te veel van haar.

(19 november 1992)

Copyright © 1998 by Jan Spooren